Janus Jochems (84) overleden

Ad Maas, 09 sep. 2023

In deze herinnering en herdenking beperk ik me tot de betekenis van Janus voor SEM. Ik weet dat hij in allerlei andere verbanden taken vervulde die je wellicht het beste kunt typeren met de woorden: zorg voor continuering. Janus was de man van dienstbaarheid. Dat wat we hebben moet voort kunnen gaan. De betekenis van Janus voor het SEM-project kan ik als volgt illustreren:

  • De uitgave van nagelaten teksten van Albert Delahaye, inclusief de taak als redacteur en corrector (met veel steun van Alex Laenen)
  • 22 jaar secretaris van het bestuur van SEM en van de redactie van SEMafoor
  • 22 jaar administratie van het in druk verschijnende tijdschrift SEMafoor, all in, tot en met bezorging van een aantal SEMafoors bij de postbussen net over de grens voor de Vlaamse abonnees
  • Revisor en coördinator bij het drukken/ printen van SEMafoor
  • Organisator van 22 SEM-symposia, ook weer all-in, inclusief het werven van vrijwilligers
  • Opsteller van het jaarlijkse financieel verslag: bondig en glashelder.

 

Juist op het vlak van de geschiedenis van het eerste millennium droeg hij de visie van Albert Delahaye consequent en loyaal uit. Hij schreef de volgende artikelen in SEMafoor (terug te vinden op www.semafoor.info):

  • Waar lag Vada? Het oudste Nederlandse woord
  • Bonifatius en de kerk van Nederland. Kanttekeningen bij een boek
  • Bewondering en verwondering. Kanttekeningen bij een dissertatie over Utrechtse kanunniken
  • Denen nestelden in Breda
  • De Vikingen: overzicht anno 2003
  • De Friezen van Foppe de Haan
  • Ursula en Cunera, twee van de elf(duizend) maagden
  • De heilige Ursula en de elfduizend maagden
  • Bonifatius bij Dokkum vermoord?
  • Traiectum, Echternach en de bronnen (Reactie op Ton Spamer)
  • Paleis van Karel de Grote in Nijmegen
  • Wat moeten we verstaan onder R(h)enus?
  • Waar lag Traiectum?
  • Traiectum = Tournehem (Fr.)

 

Met grote volharding gaf hij met Alex Laenen het postume werk van Delahaye uit, een gigantisch karwei. Veel van deze nalatenschap kreeg een plaats in het zware boek met de rode kaft

  • De Ware Kijk Op, deel 2 .

 

Daarna volgden in vlot tempo minder omvangrijke, thematische uitgaven, namelijk:

  • De Peutingerkaart
  • Het Itinerarium Antonini
  • Germania = Frans-Vlaanderen bij Caesar, Strabo, Plinius en Ptolemeus
  • Germania= Frans-Vlaanderen bij Tacitus.
  • De Geograaf van Ravenna

 

Hiermee was het werk van Albert Delahaye bijna volledig uitgegeven.

Nadien werd een enkele publicatie van Delahaye door het bestuur van de Studiekring Eerste Millennium nadelig geacht voor de geloofwaardigheid van zijn theorie. Delahaye meende bijvoorbeeld dat het Oera Lindaboek een rijke bron was die zijn opvattingen ondersteunde, maar nadien werd geleidelijk duidelijk dat het een mystificatie was van Francois HaverSchmidt, later uitgewerkt in de dissertatie van Goffe Jensma.

Verder speelde Janus een belangrijke rol in het redigeren van boeken in de SEM-reeks Vergeten Verleden van uitgeverij Papieren Tijger in Breda. Janus en Ad Maas (redacteuren) maakten bij dit werk nogal wat mee.

Willibrord en Bonifatius. Waren ze ooit in Nederland? (2004)

 

“Ja natuurlijk”, schreef Ton Spamer en daar reageerde Janus voor zijn doen nogal fel op; Spamer gaf zijn hoofdstuk apart uit via de Heemkunde kring in Deurne. Paul van Overbeek en Ad Maas betoogden als kritische volgers van Heribert Illig dat Willibrord en Bonifatius mogelijk nergens bisschop waren

De Peutinger-kaart en de Lage Landen (2007)

 

Dit boek gaf een totaal overzicht van de visies op deze rol voor wat betreft de Lage Landen: die van Albert Delahaye, maar ook van onderzoekers die zijn visie afwezen (zoals Hans Wijffels) en van personen die wel vanuit de visie van Delahaye vertrokken maar met andere invullingen kwamen (zoals Willem Bruijnesteijn van Coppenraet, Hans Kreijns en Joep Rozemeyer)

Zee, wind, veen en land. Kustvorming in de Lage Landen (2009)

 

Prof. Dr. Cécile Baeteman was zeer boos omdat er in haar degelijke tekst een verkeerd kaartje stond afgedrukt, en Hans Rombaut riep veel discussie op met zijn visie op dagelijkse getijdenwerking in relatie tot de loop van de Schelde. Niet lang daarna verliet Hans onder druk van zijn omgeving het SEM-forum.

Friezen, Franken en Saksen. Oude en nieuwe visies (2013)

 

Vanuit archeologische vondsten en bevindingen gaven de hoogleraren Marco Mostert (Utrecht) en Marc Lodewijckx (Leuven) een visie op deze bevolkingsgroepen. Benedikt Sas (Gent) bekeek de oorsprong van de Saksen vanuit zijn kennis van het DNA-onderzoek. Kurt Wayenberg bekeek de DNA bevindingen van Stephen Oppenheimer in de context van de taalgrens en de theorie van Albert Delahaye. Ad Maas betrok het Duitse gebied Frankenland in zijn beschrijving van de Franken.

Karolingers en Ottonen (2014)

 

Stadsarcheoloog Michel Groothedde zette zijn visie op Karolingisch Zutphen in pago Hamelant uiteen. Een zeer opmerkelijk artikel van Nijmegenaar Rudolf Janssen ging over Theophano in Noviomagus: Nijmegen of Noyon? Ad Maas ging in op de controversiële dissertatie van Menno ter Braak over keizer Otto III.

 

Ter gelegenheid van het zeventiende en achttiende SEM-symposium verschenen uitgaven in eigen beheer van SEM, namelijk:

  • Reader. Visies naar aanleiding van het werk van Albert Delahaye (2016) : opvallend was de ongemeen felle kritiek van Maurits Gysseling op het werk van Albert Delahaye. De conclusies van de meeste beschouwingen waren afwijzend, maar de toonzetting was meestal evenwichtiger. Terecht schreef de redactie van deze reader: “SEM opent daarmee de deur voor het inzicht dat Delahaye ernaast zat wat betreft de Romeinse tijd. Hij kon niet beschikken over de archeologische bevindingen van de laatste decennia”. SEM verzorgde een digitale heruitgave van Het mysterie van de Keizer Karel-stad uit 1958
  • Cartografische Bronnen Eerste Millennium (2018): Kurt Wayenberg besprak onder meer technologische hulpmiddelen voor de geografie en Jeff van Hout het raadsel van de Portolaankaarten. Het meest uitdagende artikel was ongetwijfeld De geografie van Claudius Ptolemaeus van Hans van Deukeren. Een bekend vraagstuk is of Ptolemaeus inderdaad ook kaarten vervaardigde. Dat hij in kaartbeelden dacht lijkt wel voor de hand te liggen. Van Deukeren komt tot de conclusie dat Ptolemaeus over het algemeen betrouwbare geografische informatie verschaft.  


Nog een laatste en duidelijk voorbeeld van enorme inzet en dienstvaardigheid van Janus zijn de registers op 22 jaargangen van SEMafoor als papieren tijdschrift. Verbluffend veel en steeds terugkerend werk dat hij uiterst gedisciplineerd uitvoerde. Janus bleef de visie van Albert Delahaye trouw, in zijn rol als secretaris van de SEMafoor-redactie gunde hij mensen die bedenkingen hadden of commentaar de benodigde ruimte. 

Hij zag ook scherp in dat SEMafoor na 22 schriftelijke jaargangen digitaal verder moest gaan. Zonder Janus waren SEM en SEMafoor al veel eerder moeten krimpen. Vermoedelijk werkt de geest van Janus ondertussen stug door.

Wat we hebben moeten we proberen te behouden, moet Janus vaak gedacht hebben. Maar hij wist ook wel dat alle materiaal blijven opstapelen in het middelpunt van de Nederlanden (Bavel) op een gegeven moment contraproductief werkt. Ik kon nogal eens aan zijn ontspulling bijdragen, omdat ik gebouwelijk ruimte genoeg had. Dat is nog zo, maar (ik ben wat jonger dan Janus werd) ik zoek ijverig naar mensen die een deel van naar schatting zo’n 8000 boeken over geschiedenis, waarvan 3000 over het Eerste Millennium, voor zichzelf en/of voor anderen kunnen gebruiken (++31 (0) 40 420 3720).

 

       
 
Janus Jochems (1938-2023)
30  jaren productief in touw voor de geschiedschrijving van het Eerste Millennium
 
              Reactie geven op artikel